Wan Toe Frie

persoonlijke blog van Frieda Gijbels

De Covidmaatregelen beginnen te irriteren. Dat merk ik aan de mensen rondom mij. Ze stellen zich vragen bij de proportionaliteit ervan. Ze verwijzen naar de ziekenhuisopnames, die nu toch een pak lager liggen dan in het begin van de crisis. Waarom moeten al die pestregels dan zo nodig? Overdrijven we niet? En werken we onze hele economie niet compleet naar de zak?

Ze hebben wel een punt. Verschillende virologen en epidemiologen, die niet noodzakelijk de spreekbuis zijn van het nationale beleid, brengen dreigende boodschappen over een tweede lockdown. De kranten zoemen ook over een week-week regeling voor het secundair onderwijs.

Met één kind dat maar een half eerste jaar secundair achter de rug heeft en een ander kind dat aan zijn laatste jaar secundair zal beginnen, is dat geen bemoedigend vooruitzicht. Ik ben geen held in het scheppen van een rustig thuiskader. Ik ben niet de moeder die sapjes en nootjes en fruit aandraagt, die zorgt voor regelmaat en de huiswerkagenda voor de hele week in haar hoofd geprent heeft. School is voor ons gezin redelijk essentieel om structuur te brengen. Maar los daarvan, ook het samen leren, samen beleven, samen “humanior” worden, is essentieel in deze fase van hun leven. Plezier maken met klas- en schoolgenoten, ruzie maken, het bijleggen, het opnemen voor een klasgenoot, je engageren in sociale projecten. Allemaal zo belangrijk en dat alles komt onder druk.

En dan heb ik het nog niet over kinderen die in een moeilijke thuissituatie zitten, waar er wel grotere problemen zijn dan een warrige en drukke moeder en een warrige en drukke vader. Voor hen is het essentieel dat hun leven binnenkort toch weer enkele uren per dag rustiger en normaler wordt.

Maar algemeen, mensen beginnen het hartsgrondig beu te worden. De mondmaskers worden nog flink gedragen, maar er is een onderhuidse ergernis. Twijfel ook, over de maatregelen.

Regelmatig krijg ik vragen of het allemaal wel zo streng moet.

Wat voor mij heel erg belangrijk is in deze fase, net voor het einde van de zomervakantie en het begin van de school en andere werkzaamheden, is dat we al onze middelen en kennis optimaal inzetten om de crisis te beheersen. Maatregelen moeten nu zo precies mogelijk worden ingezet, op een zo laag mogelijk niveau, zodat ze zo weinig mogelijk bijkomende schade veroorzaken. We moeten ab-so-luut vermijden dat we opnieuw in een algemene lockdown terechtkomen en daarom moeten we nieuwe infecties bij de wortel aanpakken.

Dus, is het nodig om op dit moment zoveel testen te doen? Ja, dat denk ik wel. We moeten misschien zelfs meer testen. Net om de impact op onze samenleving en onze economie zoveel mogelijk te beperken. In het begin van de crisis hadden we te weinig testen. Het nationale referentielab zat na iets meer dan een week al door haar voorraad heen. Daarom konden we toen geen contacten opsporen. Een schande, was het. En daarom werden testen op een gegeven moment voorbehouden voor patiënten die zo ziek waren, dat ze in het ziekenhuis moesten worden opgenomen. Dat is dus ook de reden dat de testen toen vaker positief waren dan nu. Tegelijk werden heel veel infecties toen gemist omdat er gewoonweg onvoldoende testmateriaal voorhanden was. 

Maar nu hoeven we dus niet meer te bezuinigen op testen en dat wil dus ook zeggen dat onze contacttracing op punt moet staan. Laboratoria moeten hun informatie zo snel mogelijk bezorgen en risicocontacten moeten ASAP worden getest en afgezonderd. De databank moet nu optimaal werken, contactopspoorders moeten optimaal kunnen renderen en mensen op een deskundige manier ondervragen en overtuigen, zodat de omvang van de verspreiding zo snel mogelijk in kaart kan worden gebracht. Op die manier hoeft de rest van de samenleving niet op slot.

En het is waar, we staan uiteindelijk ook wel op een andere manier naar deze nieuwe golf (of is het nog de staart van de eerste golf?) te kijken. Er is heel wat ervaring opgebouwd in het herkennen en behandelen van de ziekte. Er is (uiteindelijk!) een voorraad beschermingsmateriaal en die testen, die zijn er nu dus wel. We kunnen tot 80.000 testen per dag gaan (maar we zitten de laatste tijd gemiddeld aan minder dan 20.000 per dag). Waar onze artsen en zorgverstrekkers in het begin van de crisis halsoverkop en onbeschermd in het diepe moesten springen, zijn we nu toch al een pak beter voorbereid.

De infecties op zich lijken momenteel niet zo problematisch, aangezien het vooral de jongere en gezonde populatie treft. Maar zij kunnen natuurlijk wel ouderen besmetten én mensen met een lagere weerstand. Ook daarom is het belangrijk dat er veel getest wordt en dat contacten snel worden opgespoord. Niet zozeer om die jongeren te beschermen, wel om onze zwakkeren te beschermen.

En er zijn nog andere manieren om infectiehaarden op te sporen, zoals het opsporen van restanten van het virus in het afvalwater. Al die zaken moeten nu deel uitmaken van ons arsenaal. Alleen gaat het allemaal zo traag…  

De kern van het probleem is opnieuw dat onze regeringsleiders momenteel weinig of niet communiceren over de huidige aanpak. Er wordt niet, of toch veel te weinig, verteld waarom bepaalde maatregelen nodig zijn. Er wordt ook niet gezegd wat het uiteindelijke streefdoel is. Is dat het vrijwaren van de ziekenhuiscapaciteit, zoals in de eerste golf? Of is dat terugdringen van infecties tot een bepaald punt? Is dat laatste überhaupt mogelijk als elk land binnen de EU er een andere aanpak op nahoudt? Of streeft men naar een bepaalde waarde van het reproductiecijfer? Wil men vooral de zwakkeren beschermen of wil men ook bij jongeren infecties vermijden?

Omdat niemand weet wat nu precies de bedoeling is, lijken de coronaregels al snel buiten proportie (en misschien zijn sommigee dat ook) en lijkt het heel raar dat er zoveel getest wordt, terwijl er zo weinig ziekenhuisopnames zijn.

En dat is dus een excellente voedingsbodem voor complottheorieën en pseudowetenschap. Het verhaal van de verspreiding van Covid via 5G, dat had u waarschijnlijk al gehoord. Of “dat het virus niet leeft, en dus niet kan worden overgedragen” is ook zo’n bizar verhaal. Dat het gevaarlijk is om je te laten vaccineren, of dat een bepaald medicijn wordt achtergehouden. Dat er een groot complot van de farmaindustrie achter zit. Allerlei grafieken, studies en lange opiniestukken worden erbij gesleept om het een of het ander te bewijzen.  Vooral, eigenlijk, om de coronamaatregelen af te doen als kletskoek. Het zou grappig zijn als het niet zo triest en soms zelfs gevaarlijk was. 

En dat veel mensen hierin meegaan, dat is niet de fout van de burger, die zich immers zorgen maakt over zijn en onze toekomst en die zich begint af te vragen of de regeringsleiders en de experts het wel bij het juiste eind hebben. Het is de fout van de overheid, die opnieuw uitblinkt in barslechte communicatie. In een uitzonderlijke situatie als deze, die bijzonder ingrijpende maatregelen met zich meebrengt, is het van primordiaal belang dat er uitgelegd wordt waar-om bepaalde zaken nodig zijn. Niet de experts moeten dit uitleggen. De experts geven de wetenschappelijke basis aan. De regeringsleiders moeten dit vertalen naar beleid. Helder, zelfzeker, vastberaden, betrokken en empathisch. Men vraagt ontzettend veel van de burger, het minste dat men kan doen, is de burger ernstig nemen en hem partner maken in de crisisaanpak. 

(Nu, om de antivaxxers voor te zijn. Dat Russische vaccin, daar zou ik misschien toch nog even mee wachten. Niet omdat het Russisch is, maar omdat het ontwikkelen van een vaccin nu eenmaal tijd vraagt. Haast en Sput(nik)*, lijken me, ook in deze, zelden goed).

(Om pseudowetenschap te ontmaskeren, kan je websites als https://www.gezondheidenwetenschap.be/ of https://www.factcheck.org/a-guide-to-our-coronavirus-coverage/ raadplegen).

*Het Russische Covid-19 vaccin heet “Sputnik V”

Plaats een reactie