Wan Toe Frie

persoonlijke blog van Frieda Gijbels

… en slaat wat mij betreft de bal helemaal mis.

Jammer, want er valt wel één en ander te zeggen over mondzorg. Er zijn werkelijk wel tekortkomingen. Maar niet de punten die in het “integraal actieplan tandzorg” van Groen worden aangehaald.
Het begint al met de titel. “Nooit meer bang voor de tandarts”. Neen, natuurlijk niet. Als ik ooit iets heb onthouden tijdens mijn opleiding, is het dat het kader dat je schept belangrijk is voor de perceptie van een behandeling.

Zo moet je aan kinderen nooit suggereren dat begrippen als “pijn” of “bang” of “angst” bij een bezoek aan de tandarts zouden kunnen horen. Als ze daar wel al van uit gaan, dan verloopt een tandartsbezoek begrijpelijkerwijze veel moeizamer. Dus – gouden raad van tante Kaat – zeg beter niet: “je moet niet bang zijn voor de tandarts”, want een kind weet niet van zichzelf dat dat wel eens nodig zou kunnen zijn. “Vandaag gaan we fijn naar de tandarts”, dat lijkt misschien overdreven, maar dat maakt uw leven en dat van uw tandarts wel een stuk makkelijker.

In een soort slogan in de brochure wordt gesuggereerd dat het met Groen “menselijker, eerlijker en gezonder” zou worden. In tegenstelling tot de huidige tandartsbezoeken dan, die onmenselijk, oneerlijk en ongezond zouden zijn? Kwestie van de vertrouwensrelatie tussen tandarts en patiënt eens goed onderuit te halen, kan dat wel tellen.

“Een gezonde mond is een basisrecht”. Zeker.
“Check of je tandarts geconventioneerd is”. Dat kan. Als dat niet zo is, hangt dat ook geafficheerd in zijn praktijk. Dat is namelijk verplicht.

“Kinderen en jongeren onder de 18 jaar moeten gratis naar de tandarts kunnen”. Dat is nu al zo. Sommige tandartsen zullen misschien “extra’s” aanrekenen, maar de grote meerderheid doet dat niet. Ook de “gedeconventioneerde” tandartsen niet.

Wat erger is, beste mensen van Groen, is dat die “gratis mondzorg” zijn doel lijkt te missen. Zelfs als de mondzorg gratis is, is er nog steeds een behoorlijk aandeel van mensen dat niet of onregelmatig naar de tandarts gaat. En zal ik nu eens iets raars zeggen? Misschien zelfs omdat die mondzorg gratis is. Want als het gratis is, wat kan het dan waard zijn?

Veel belangrijker dan alles gratis maken, is mensen stimuleren om naar de tandarts te gaan. Dat de huisarts daaraan kan bijdragen, dat is wel een feit. Maar het blijft een verantwoordelijkheid van de mensen zelf. Te nemen of te laten.  “Een gezonde mond is een basisrecht”, maar daar hoort wel de plicht bij om regelmatig naar de tandarts te gaan.
In het geval van kinderen is het natuurlijk tragisch als de ouders geen aandacht hebben voor mondzorg, want zij kunnen zelf geen afspraak maken met de tandarts. Maar een “mondzorgcoach” inschakelen, zoals de brochure voorstelt, lijkt me te getuigen van weinig realiteitszin. Kind en Gezin en het medisch schooltoezicht spelen al hun rol. Binnenkort komen er bachelors in de mondzorg, die preventie naar een hoger niveau kunnen tillen. En wellicht ook ingeschakeld kunnen worden voor preventieprojecten in scholen en op andere plaatsen. En over die bachelors in de mondzorg, daar lees ik in de brochure dan weer niets over.

Dus dat “gratis” alles gaat oplossen, daar geloof ik niet in.  Het is toch vaak een kwestie van mentaliteit en prioriteiten. Als ik mijn Nederlandse patiëntenpopulatie vergelijk met de Vlaamse, dan merk ik een groot (maar krimpend) verschil in houding ten opzichte van het belang van een gezonde mond. In Nederland is mondzorg een pak duurder, maar men aanvaardt de eigen rol in het systeem. Je moet wel gewoon goed voor je tanden zorgen en regelmatig naar de tandarts gaan. En dat kost wat, maar je kan een hoop problemen en grotere kosten voorkomen.

Voor mensen met een beperkt budget zijn er overigens al speciale regelingen, zodat ze voor de basiszorgen niets of heel weinig moeten betalen. En de tandarts, die heeft er echt wel begrip voor, als een behandeling aan het einde van de maand moet gebeuren en moeilijk in het gezinsbudget past. De meesten zullen heus wel een regeling treffen, zodat er later betaald kan worden.

De derdebetalersregel (“gratis” mondzorg) heeft overigens ook een keerzijde.  Het maakt de facturatie aan de patiënt immers een stuk ontransparanter.  Omdat alles rechtstreeks met het ziekenfonds wordt geregeld, zou het wel eens kunnen dat de geattesteerde behandelingen niet overeenkomen met de gerealiseerde.  Een transparante factuur, met duidelijke en begrijpelijke vermelding  van de verrichte prestaties, is daarom bij deze regeling onontbeerlijk.  Gratis is namelijk niet noodzakelijk sociaal en solidair.

Eigenlijk lees ik in die hele brochure weinig over inzet op preventie. Nochtans is dat de sleutel tot een goedkopere en duurzamere mondzorg. Preventie is er namelijk op gericht om ingrijpendere en duurdere behandelingen te voorkomen.
Maar dan lees ik wel weer dat er wordt gepleit voor terugbetaling van implantaten en kroon- en brugwerk. Ja. Als dat eens zou kunnen.
Alleen lijkt me dat niet de prioriteit, zolang de tussenkomst in preventieve behandelingen nog allerlei manco’s vertoont. Iemand die ouder is dan 55 jaar, krijgt bijvoorbeeld immers helemaal geen terugbetaling van parodontale behandelingen.  Terwijl een chronische infectie van het tandvlees en kaakbot (“parodontitis”) wel geassocieerd wordt met tal van medische aandoeningen (diabetes, hart- en vaatziekten, luchtwegeninfecties).

Maar over die parodontale behandelingen lees ik helaas geen woord in de brochure. Wellicht komen woorden als “kronen en bruggen” en “implantaten” beter over.   Nochtans zou ik geen kronen of bruggen of implantaten willen plaatsen in een mond met actieve parodontitis. Dat is zelfs malpraxis.

En het voorstel is gewoon onlogisch en contraproductief.  Wie wil er nu kosten en moeite steken in zijn eigen tanden, als hij implantaten kan gaan halen, die worden terugbetaald?
Om nog te zwijgen van het budget dat daarvoor moet worden gezocht. Waar gaat men de centen halen, om al die kronen en bruggen en implantaten terug te betalen? Bij “de overheid”, wellicht… Dat klinkt dan misschien sympathieker dan “de belastingbetaler”, maar het komt uiteindelijk op exact hetzelfde neer.

Dat tandartsen offertes moeten maken voor kostelijke behandelingen, daar ben ik het helemaal mee eens. Alleen doen alle tandartsen die ik ken dat al. Die vertrouwensrelatie, weet je wel? Groen doet net alsof alle tandartsen geldwolven zijn die zomaar, naargelang hun humeur van de dag, grote of nog grotere bedragen willen aftroggelen van hun patiënten. De meeste tandartsen willen echt wel dat hun patiënten nog vertrouwen hebben na de behandeling en dat zij en hun gezin nog een keertje terugkomen, hoor.

Dat meer tandartsen zich zouden moeten houden aan de conventietarieven: ja, graag, als dat zou kunnen. Helaas zijn vele tarieven niet meer aangepast aan de huidige normen van praktijkvoering. Maar daar heeft Groen zowaar een oplossing voor. Ze gaan de tarieven herbekijken. Makkelijk zat. Maar, opnieuw, met welk budget?

En tenslotte: de wachtlijsten van de tandartsen. Die gaan ze verkleinen door meer tandartsen op te leiden. Want ze gaan het beroep aantrekkelijker maken.
Dan hadden ze toch beter een andere titel voor hun brochure gekozen en een andere toon aangeslagen, me dunkt.

 

 

 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: