Wan Toe Frie

persoonlijke blog van Frieda Gijbels

Het is al erg lang geleden dat ik mijn hersenspinsels nog aan het spreekwoordelijke papier heb toevertrouwd. Maar de laatste dagen heb ik veel nagedacht. Over de klimaatspijbelaars, jawel (wedden dat dat het woord van het jaar wordt? En we zijn nog maar januari).
Toevallig lopen er bij ons thuis twee potentiële klimaatspijbelaars rond. Eentje van 15 jaar en eentje die komend weekend 17 wordt. Ik heb het er met hen dan ook over gehad. Wat zij ervan vonden en of zij ook zouden gaan betogen op een donderdag.
Het ding is dat ze overwegend nogal nuchter zijn, mijn jongens. Op school was er blijkbaar ook al uitgebreid over gedebatteerd en het feit dat betogen op een doordeweekse dag ook een lesvrij dagje inhoudt, vinden zij toch ook wel dubbel en doet de vraag stellen of het die studenten nu vooral te doen is om het milieu of toch ook wel om dat dagje vrij.
En verder heb ik geprobeerd om mezelf een jaar of 27 jonger te denken. Gewoon ik, maar nog voor die rimpels dan en voor de onvermijdelijke levenslessen. Zou ik ook zijn gaan betogen als ik nu 17 was? Ik sluit het niet uit, al heb ik het nooit zo voor massabijeenkomsten gehad.
Wat ik herken in die jongeren, is de drang om samen iets te betekenen. Om samen te spannen tegen die oudere generatie die in een heel andere wereld lijkt te vertoeven. Een wereld die bezig is met politiek en economie en nog meer van die saaie dingen en die geen zier lijkt te geven om ons leefmilieu. Dat de onbezonnenheid en naïviteit er af spat, dat hoort bij de leeftijd en dat is ook sympathiek. Het spijtige is dat sommige volwassen politici en media zich even naïef en onbezonnen gedragen en de jongeren ook nog eens ongevraagd voor hun kar proberen te spannen. Dat is al een stuk minder sympathiek.
Wie goed leest en luistert, heeft wellicht ook gemerkt dat die jongeren hier helemaal niet mee opgezet zijn. Ik las dat één van de voortrekkers van het jongerenprotest zelfs vroeg om in ’s hemelsnaam niet de jongeren uit te nodigen, maar wel experts.
En precies dat is wat ik mis in deze protesten. Politici van bepaalde partijen wrijven zich in de handen en kloppen de protesten nog eens op tot een soort van massahysterie. Maar ik mis kennis van zaken en concrete oplossingen. Oplossingen die ook haalbaar zijn – hoewel je daar wellicht volgens sommigen ook al te weinig ambitie mee uitdrukt. Terwijl het begrip “haalbare oplossing” volgens mij zelfs een pleonasme is. Als iets niet haalbaar is, dan kan het toch ook geen oplossing zijn?
Wat ik ontzettend mis, is de essentiële rol van pure en objectieve wetenschap. “Wat is het probleem”, of “wat zijn de problemen”? “Wat zijn de oorzaken” en “wat kunnen we daaraan doen”? Dat klinkt logisch en simpel, maar in het klimaatdebat lijken ratio en rede wel ongenode gasten. Het is hoog tijd voor een open debat, eentje zonder taboes en met een onderbouwde insteek. Is dat overigens geen rol bij uitstek voor onze openbare omroep?
Het heeft geen zin om individuele burgers te culpabiliseren als hun inbreng verwaarloosbaar is. Dat is dweilen met de kraan open, dat is window dressing, daarmee los je de problematiek net niet op.
Wellicht zal snel duidelijk worden dat je alleen weinig kunt doen, dat alleen een wereldwijde aanpak zinvol is. Dat wil wat mij betreft niet zeggen dat je ondertussen niet kunt werken aan het beperken van de “plastic soup” of het stimuleren van het openbaar vervoer. Maar als superkleine regio een belasting gaan heffen op vliegtuigtickets, terwijl de rest van de wereld vrolijk verder vliegt, dat is van de pot gerukt en dat is paniekvoetbal.
De oplossingen liggen in de wetenschap. Laten we vertrouwen hebben in onze ingenieurs en fysici. Maar waar de jongeren wel gelijk in hebben, is dat het beleid ruimte moet geven aan vernieuwende initiatieven en ontwikkelingen op dit vlak. Als we de voornaamste grondstof van onze regio, onze opleidingen en onze kenniscentra, hiervoor kunnen inzetten, dan ben ik ervan overtuigd dat we tot een win-win kunnen komen tussen economie en ecologie. En dan zijn we op weg naar échte oplossingen, voor de lange termijn en geen doemscenario’s, die alleen maar worden geschreven om mensen bang te maken en stemmen te ronselen. Noem me voor mijn part dan maar een optimist. En een milieuactivist.

Plaats een reactie