Wan Toe Frie

persoonlijke blog van Frieda Gijbels

En toch ga ik er iets over op papier zetten. Ondanks het feit dat ik zelf geen allochtone achtergrond heb. Want ik was eventjes geblokkeerd geraakt door de gedachte dat dat een noodzakelijke voorwaarde was. Maar daar ben ik overheen. Want het zit mij hoog. Het idee dat “deze rechtse regering” de oorzaak zou zijn van een toenemende polarisatie van onze maatschappij, waarbij termen als “racisme” niet geschuwd worden. Vanmorgen hoorde ik op Radio1 nog een interview met een dame met allochtone wortels. Of ze niet verbaasd was dat “deze rechtse regering”, meer nog, een N-VA minister, een inspanning ging doen om meer mensen met een allochtone achtergrond bij de overheid aan het werk te krijgen. En ja, ze was verbaasd. Ik snap de vraag niet echt. Ik snap het antwoord nog minder. Waarom zou het één een contradictie zijn van het ander? Waarom zou een regering die eerder gelooft in de eigen krachten en talenten, “meer nog, een N-VA minister”, geen voorstander zijn van een veelkleurige overheid? Dat ligt in feite toch in de lijn van de ideologie? Het lijkt er ook steeds meer op dat de “linkse” partijen zich de allochtone bevolking toeëigenen. Hoe kort door de bocht kan je zijn? Bestaan er dan geen mensen van allochtone origine die eerder rechts georiënteerd zijn? Die geloven in hun eigen kennen en kunnen en mee willen bouwen aan een sociale samenleving? En wat is dat trouwens toch, die tegenstelling tussen links en rechts die men steeds scherper probeert te stellen? Ik heb heus niet voor de N-VA gekozen omdat deze rechts zou zijn. Ik heb voor de N-VA gekozen omdat deze partij volgens mij de meeste garantie geeft op een evenwichtige en sociale maatschappij. Omdat deze partij zegt waar het op staat: het wordt dringend tijd dat ieder die dat kan de hand aan de ploeg slaat en zijn steentje bijdraagt. Hoog tijd dat er een klimaat wordt geschapen waar de ondernemer zich welkom voelt en durft te investeren in een eigen project en durft te investeren in mensen. Waarin duidelijk gesteld wordt dat de overheid en overheidsbedrijven efficiënter aan de slag moeten, aangezien ons gemeenschapsgeld met zorg moet worden uitgegeven en geïnvesteerd, en dat in het belang van ons allen. Waarin de macht en de relevantie van de zuilen in vraag wordt gesteld. Want alleen door een efficiënt, zuinig en tegelijk stimulerend beleid, kunnen we een samenleving in stand houden die de zorg voor elkaar kan dragen.
Ik moet toegeven dat ik soms achterover val van reacties van mensen met N-VA sympathieën. Ik kan niet ontkennen dat sommige mensen de klaarheid van de N-VA misbruiken om er hun eigen racistische gedachtengoed in te laten gedijen. En laat mij duidelijk zijn: voor mijn part mag hier streng tegen worden opgetreden. Racisme kàn gewoon niet. Het is ook iets onbegrijpelijks. Waarom zou je iemand anders behandelen omwille van een andere achtergrond of huidskleur? Uiteraard zijn er culturele verschillen, maar dat zou onze samenleving net moeten verrijken. Soms krijg ik het verwijt dat ik “zo verdraagzaam” ben omdat ik ben opgegroeid in een landelijke omgeving en waarschijnlijk nooit in aanraking kom met mensen van allochtone origine. Ik heb er nog geen statistiek op losgelaten, maar ik schat dat toch zo’n 20% van mijn patiëntenbestand een exotische familienaam heeft. En ik heb nog nooit een probleem gehad met iemand omwille van zijn achtergrond. Waarom zou ik in ’s hemelsnaam? Natuurlijk zijn er wel problemen buiten de beslotenheid van mijn praktijk. Het is niet leuk om ’s avonds naar het treinstation in Genk te gaan, omdat er daar inderdaad jongeren rondhangen, veelal van allochtone origine, die vervelend doen. En dat vind ik niet normaal, maar ik vind het vooral jammer. Blijkbaar beseffen ze niet dat ze hun kostbare jeugdjaren op deze manier weggooien. Ze zouden op dat moment achter hun boeken moeten zitten, of een vak moeten leren, of bij de sportclub moeten zijn. Ze zouden duidelijker gewezen moeten worden op de kansen die elke Vlaming, van welke origine dan ook, bij ons heeft. Maar die kansen moeten wel gegrepen worden. Er zijn daar volgens mij dan ook nog een hele hoop opportuniteiten: ouders betrekken en enthousiasmeren, rolmodellen aanreiken. Jongeren zin geven om mee te doen aan onze samenleving, om hun talenten te ontdekken en ontwikkelen. De ouders van die allochtone jongeren die studeren of ondernemen, zijn vaak zo trots dat ik het al snel hoor als ze bij mij in de behandelstoel zitten. En ik denk dat er weinigen zijn die het uitmaakt of ze naar advocaat Özturk gaan of hun auto laten herstellen bij garage El Masbouk, of les krijgen van meester Yassine. Als de kennis er maar is, als de service er is, als we elkaar eerst en vooral maar begrijpen.
Want daar gaat het nog veel te vaak mis. Niet zelden krijg ik jonge patiënten over de vloer die al enkele jaren gemigreerd zijn, vaak door een huwelijk, en nog steeds een tolk bij hebben. Zulke mensen trekken zich terug in hun eigen gemeenschap, zoeken te weinig contacten met de autochtone bevolking, en missen de kansen die er zijn om zich actief te integreren.
Wat ook niet kan, is de migratiestroom laten gedijen, want dat is gewoonweg niet houdbaar voor ons sociale weefsel. Ik vind het dan ook een prima idee om duidelijke regels op te stellen, waardoor het op voorhand duidelijk is wie in aanmerking komt voor het Belgische staatsburgerschap en wie niet. Uiteraard moeten we vluchtelingen die in eigen land in gevaar zijn onderdak bieden. Zeker zo belangrijk is dat de internationale gemeenschap inspanningen doet om de situaties in de landen van herkomst veiliger te maken.
Alleen die kwestie van de hoofddoeken, daar ben ik niet over uit. Op zich stoort het mij allerminst. Dames met een hoofddoek nemen hun hoofddoek in mijn praktijk vaak spontaan af voor een behandeling. Als het niet stoort voor de behandeling, mogen ze hem van mij ook ophouden. Van de andere kant begrijp ik in zekere zin ook wel de argumenten van de tegenstanders, omdat het de vrouw in een ondergeschikte positie zou plaatsen. Ik denk dat het prioritair is dat iedereen de kans krijgt een bepaalde job uit te oefenen, en dat er vooral gekeken wordt naar capaciteiten, niet naar een eventuele hoofddoek (voor zover deze compatibel is met de specifieke job). Het is belangrijk dat dames van allochtone origine opgenomen worden in de beroepsbevolking en op deze manier een plaats kunnen verwerven in onze maatschappij en kunnen emanciperen. Pas bij volledige integratie en emancipatie lijkt me de beslissing om al dan niet een hoofddoek te dragen een strikt persoonlijke beslissing te zijn. Het minst wenselijke scenario bij een hoofddoekverbod lijkt me immers dat sommige vrouwen hierdoor, als tegenreactie, niet mogen gaan werken van hun echtgenoot, of zelf radicaliseren, waardoor de cirkel hoe langer hoe vicieuzer en rigoureuzer wordt.
Dat een multiculturele samenleving uitdagend is, dat mag duidelijk zijn. Dat iedereen water bij de wijn moet doen en elkaar de hand moet reiken, is ook evident. Dat het bijzonder kortzichtig is om de N-VA af te schilderen als een racistische partij, hoop ik dat ook duidelijk is. Uiteraard besef ik goed dat deze reactie van mij voor een stuk beoogd werd door bepaalde partijen en groeperingen en niet in het minst door de media. Men probeert de N-VA in de verdediging te drukken, hetgeen volgens mij volkomen overbodig is. Maar het probleem is dat velen, ook in mijn eigen dichte omgeving, zich laten meeslepen door de polarisering die door “de linkerzijde” op het getouw wordt gezet. Ik hoop dat we er met zijn allen uit geraken. Een beetje gezond verstand kan geen kwaad…

2 gedachtes over “Racisme…

  1. Gysel Joke schreef:

    Mijn god, Frieda, hoe sneller jij nationaal in beeld komt, hoe beter.
    Jij kan zo goed verwoorden waar ongetwijfeld veel N-Va’ers dezer dagen mee worstelen.

  2. Bea De Clerck schreef:

    Vandaag nog hoor ik uitdrukking als ” zwarte ” en word BDW Dolf genoemd. Heb geantwoord dat ze mij dan ook maar Dolfje moeten noemen. Ik ben Vlaming, geen racist en ben er fier op. Ik heb zowel Joodse als Moslimvrienden en die zijn mij allemaal even lief.

Plaats een reactie